De Rijksoverheid, de Politiek en de Gemeenten laten weten dat men vóór veilige werkplekken voor sekswerkers is. Maar menige gemeente vindt dat die dan het beste passen in de buurgemeente. En díe gemeenten zien op hun beurt de al bui hangen en timmeren bestuurlijk de boel dicht: Niet hier!
Het heeft er ook verdacht veel van weg dat al een poosje politiek
‘de geesten worden vrijgemaakt’ om seksbedrijven en sekswerk verder terug te
dringen en onmogelijk te maken. En voor hen die hun hoop vestigen op de
‘sekswerk-vergunning’ zodat je in héél het land overal mag werken: Ik zou er
iets kritischer naar kijken voor je de vlag gaat uitsteken!
Mógen werken wil
niet zeggen dat je dan vrij keus in de eigen werkplek hebt; zelfs niet in de
eigen woning. Eigenlijk komt het er op neer dat een enkele vergunning buiten de bedrijven bruikbaar zal blijken. Maar dat de gewenste registratie van sekswerkers in de bedrijven toch na al die jaren een feit een feit is
Kortom, er speelt meer:
NUL-optie
Sommige gemeenten kijken al reikhalzend uit naar de wettelijke
NUL-optie die in de Wrs komt. In ongeveer de helft van de gemeentes is het
vestigen van een nieuw bedrijf nu al, practisch gezien, vrijwel onmogelijk. De
andere helft heeft geen bedrijven… zeggen ze. En natuurlijk: niet èlke gemeente
is vestiging onmogelijk, maar het is dus wel zóeken!
De brief van de Staatssecretaris aan de Kamer is ook al
geen geruststellende: gemeenten worden aangespoort alvast een aanloopje te
nemen naar de nieuwe wetgeving… Gemeenten doen een beroep op de bevolking om
sekswerk te melden in woonhuizen en niet vergunde ruimten.
Sonneveld?
Enfin… even wat negatieve ervaringen uit de afgelopen jaren: Hoe kom je
het beste van die veilige werkplekken af!
Heel veel gemeenten weigeren een vergunningaanvraag voor een bedrijf absoluut
níet; ze doen het op de ‘Wim Sonneveld-manier’: Je haalt de kwal in huis en
zaagt ‘m indirect de poten onder de stoel uit. Je prijst hem… ondertussen
het graf in!
Je legt de aanvrager dan heel eerlijk uit hoe een vergunning moet worden aangevraagd;
welke andere voorschriften er zijn; wat het aanvraag-traject is, hoeveel tijd
dat neemt en hoe vaak verlening van die terijn mogelijk en welke
beroepsprocedures er zijn. Inclusief de voordelen van de Bibob en de
beperkingen van de vergunningtermijn, de kosten van de aanvraag en de situatie
van de ‘schaarse vergunningen’ op termijn. Ook de bestemming; de APV en hoe de
ruime bevoegdheden van de Burgemeester zijn om bijkomende voorwaarden te stellen en hoe die moeten
worden uitgelegd… enfin, zo’n gemeente is héél behulpzaam.
Dat allemaal om een goede start mogelijk te maken met correcte informatie. Gek, dat bijna
niemand een aanvraag wil doorzetten…?
Als er gevraagd wordt of een gemeente wel voldoende vergunningruimte heeft
zal men dat bevestigen, dat er wel vergunningruimte is maar dat de sector daar
kennelijk geen behoefte aan heeft. Men krijgt immers geen aanvragen. Bovendien
moet de ondernemer nog wel even aan aanpassing van het bestemminsplan doorlopen
als hij een vestiginsplek met een daarvoor geschikt of aangepaste locatie heeft verworven.
Dàn kan men de aanvraag voor de exploitatievergunning indienen en daarover beslist men na 3 maanden (te verlengen met 3 maanden eventueel vermeerderd met de nodige tijd voor een Bibob-onderzoek.
Uiteraard is er publicatie van de aanvraag en inspraak en klachtenprocedure mogelijk. Mogelijk tot aan de Raad van State kan men bezwaar maken.
De toonzetting van ontmoediging is een beproefde vorm om
‘de lust tot ondernemen’ volledig te ondermijnen. Hé…, geméénten die ondermijnen?
Dat beleid van
het ‘opentrekken van de bestuurlijke
trukendoos’, zal ook niet veel veranderen mèt de zg. Nuloptie. Het is dan
ook meer een signaal vooraf aan de ondernemer: ‘We lusten je hier niet’.
Dat werd eerder ook al zo uitgelegd in de Kamer – het is dus ook primair bedoeld als ontmoedigingsbeleid –
signaalwerking… Want een Nuloptie moet je als gemeente wel heel goed
onderbouwen – het moet dan een zeer waarschijnlijk probleem zijn voor de
openbare orde of volksgezondheid… Dat is niet snel aannemelijk te maken.
Maar voor een
weigering moet de aanvrager van een vergunning (of geweigerde verlenging!)
uiteindelijk naar de Rechter, nadat de gemeente uw bezwaren heeft afgewezen en
de bezwaarcommissie er zich ook over gebogen heeft en dat een eventueel gunstig
advies óók door de Burgemeester is afgewezen.
Dat zal dus nog
‘even’ tegenhouden voor u daar een openingsfeestje kunt houden.
Legaal, illegaal persoonlijk aanbod
Tja, het is dus ook niet héél vreemd
dat er zo’n geweldig goed lopend circuit buiten de vergunningen om is ontstaan.
Het is een mengsel van de werkelijk alléén werkenden, die ook continu in de
wielen worden gereden door de bestuurders, terwijl zich daar geen werkelijke problemen
voordoen (Is ook onderzocht…, wist u niet?).
En die groep – een vrij beroep, waar dus
niets mee aan de hand is – is tot hun ongenoegen vermengd met allerlei illegale
en zelfs criminele activiteiten – die zich ook graag buiten de vergunningen met
prostitutie bezig houden – of zij die prostitutie als vehikel voor andere
criminele zaken gebruiken (bv klanten afpersen).
En wat hoorden we dan: Ja, dat is
altijd: de goeden moeten onder de kwaden lijden! We móeten nu eenmaal
mensenhandel de kop indrukken!
En ze hebben het gelijk daarmee aan
hun kant: als het illegale deel groeit en het legale aanbod krimpt dan komen de
verhoudingen automatisch steeds verder scheef te liggen…
Maar daar is
een antwoord op: Illegale activiteiten moet je opsporen en bestrijden – zij die
mógen werken moet een overheid juist beschermen en niet bestrijden!
En wat doet de overheid: Het ‘controleren’
vooral concentreren bij legale en vergunnende werkplekken en het hen zo
moeilijk mogelijk maken met telkens nieuwe voorwaarden en maatregelen. En alles
wat geen vergunning heeft bestrijden; dus ook de alleen in hun eigen woonhuis
werkenden.
Bezetting in de bedrijven
Dat bedrijven een vergunning behoeven
is te begrijpen. Maar de eisen van de (gemeentelijke) overheid aan de vergunde bedrijven
hebben de kosten zó opgejaagd dat veel sekswerkers die kosten niet meer in
verhouding vinden staan tot het ‘vrije werken’ – het bleek hen in veel gevallen
duidelijk tijdens de Corona.
Menige
klant is ook blij met zijn
‘privé-contactjes’. Ondanks dat: de bedrijven kunnen onderhand ook de klandizie
niet meer bedienen – aan klanten is op dit moment namelijk geen gebrek – men
heeft helaas geen bezetting om winstgevend te kunnen draaien. Een extra reden
dat klanten het ook maar elders zoeken.
En laten er nu
steeds meer van die vrije ‘vriendinnetjes’ beschikbaar te komen… en die hebben
hun klantjes toch al in het mobieltje
staan – die hadden ze in de clubs, privéhuis of escort al opgedaan. Of gaan met
een paar dagen werken in een club/privéhuis of escort om weer naar een nieuwe
‘goudvis’ hengelen… En voel je nu niet allemaal aangesproken; het is de trend.
Het probleem van
de teruggang van de vergunde veilige werkplekken bestaat natuurlijk al járen.
Het werd de afgelopen 2 jaren door het Corona-beleid extra aangewakkerd. Vooral
doordat de overheid een Corona-vangnet had met te grote mazen voor legale
seksbedrijven en sekswerkers.
Hen het werken –
binnen een half uur! – onmogelijk maken ging prima en vervolgens voor de
financiële ondersteuning allerlei (administratieve) barrières niet op te
heffen… ging ook heel goed.
Voor bedrijven was er vaak geen andere
oplossing als belastinguitstel en voor echt personeel de NOW – dat liep wèl.
Maar vanaf het najaar moet ook de fiscale betaling worden ingelopen… Dat wordt
ook nog een probleem.
Snelle tussenoplossing: registratie
sekswerkers
Vooruitlopend op de Wrs wil men de
registratie van sekswerkers al op korte
termijn mogelijk maken door aanpassing van de huidige regelgeving terzake (Art
151a – Gemeentewet).
Een extra
aanmoediging om het toch maar ‘privé’ te (blijven) regelen in plaats van via
een bedrijf waar de gemeente de sekswerkers gaat opschrijven! (Liever niet
spreken over registreren, anders slaat de vlam al weer in de pan!). Want die aanpassing geldt vooralsnog alleen
voor hen in de bedrijven.
Veel sekswerkers hebben in maart 2020
toen de bedrijven moesten sluiten, de uitweg dus noodgedwongen gevonden met
‘gewoon doorwerken’ – manna komt nu eenmaal niet zomaar uit de hemel vallen en
de kosten gaan door – en zij komen nu niet meer terug naar ‘die dure vergunde,
gecontroleerde veilige werkplekken’. Veel gemeenten tijdens Corona ‘niet thuis’
en namen beslissingen of afwijzingen ook pas maanden later. Inmiddels hadden
veel sekswerkers dus, noodgedwongen, zelf
de oplossing al gevonden…
En als je vanwege de privacy en
bescherming van je beroep ook nog de belasting moet tillen… dat is dan even een
minder onplezierige bijkomstigheid… vooral nadat de overheid je ook liet
barsten! Maar dan wil je nu niet in de fuik lopen van de registratie… Dan maar
vérder uit beeld…
Internet – inmiddels een valkuil voor
zelfstadig werkenden.
Internetsites worden trouwens voor de
klantenwerving ook steeds minder interessant, althans voor on-vergunde
aanbieders – maar dus óók voor de legale thuiswerkers. Die gegevens worden zo
hier en daar heel serieus nagelopen op illegaal aanbod… en dan staan de
controleurs voor de deur; dat moet dus anders…
Veel sekswerkers dóen dat ook al jaren ‘anders’ en zijn dus ook
al vele jaren buiten beeld – de klantenwerving is heel divers. Vooral de
Nederlandse sekswerkers kennen de weg… Helemaal nieuw is dat fenomeen ook niet!
Het is dan niet de klant die zijn
contact zoekt maar de sekswerker die de klant zoekt. En dat laatste
hoeft echt niet via allerlei internet-sites of advertenties; contact kun je
overal leggen, soms is de ‘vette knipoog’ al voldoende.
Daar komen trouwens
ook weer andere problemen voor terug: bijvoorbeeld klanten die daarom extra
eisen stellen. Chantage; dat kan ook zonder het direct uit te spreken. Hulp van
de overheid inroepen is dan feitelijk geblokkeerd. En wie weet loop je wel
tegen een ‘verkeerd hulpje’ aan die wil ‘mee-eten’. En natúúrlijk zit er geen
kwaad aan het merendeel van de klanten.
Vooral zij die niet in Nederland
woonachtig zijn zoeken nu hun heil nu eerder in België, Duitsland of hebben hier
inmiddels hun ‘helpertjes’ ook al gevonden… Díe sekswerkers zien we niet legaal
werkend terug komen op de vergunde, gecontroleerde
en veilige werkplekken. Het is bij de politiek en bij overheden te naïef om te blijven
stellen dat ‘men’ daarmee denkt dùs
indirect ook de mensenhandel te hebben ingeperkt als er dan maar minder
arbeidsplekken beschikbaar zijn. Of moeten we het nog uitleggen ?
Expansie, vernieuwing en extra
activiteiten.
Gemeenten staan vaak expansie en
innovatie van de vergunde bedrijven niet toe, ook geen extra activiteiten.
Gecombineerde bedrijven zijn al vaak onmogelijk (bv. combinatie van winkel,
film èn sekscontact) via de APV en/of bestemmingsplannen. Zo moet een club die
ook escort kan leveren vaak 2 aparte vergunningen hebben.
Een nieuw bedrijf beginnen is vrijwel
onmogelijk. Maar voor escort kan het vaak wel – ‘want dat zie je dan niet zo
in het dagelijkse verkeer’.
En onlangs
ging een groep gemeenten de sluitingstijden voor de bedrijven maar aanpassen max.
tot 24.00 uur, omdat het in de regio zo was afgesproken, want dat
vergemakkelijkte de handhaving. Stond het anders in de vergunning, dan werd die
uitzondering per direct ingetrokken. Vanwege de eenvormigheid van het voorschrift en handhaving.
Het belang van het bedrijf werd bij het
bezwaar eenvoudig en zonder verdere motivatie terzijde geschoven – maar juist
in díe tijden, rond en na 24uur, moest het bedrijf zijn geld verdienen; en dat
was bijna een kwart eeuw géén probleem! Nou, hij mocht ’s-morgens toch om 6
uur al open… Tja, daar heb je als
club niet zo heel veel aan…
De Wrp als ‘alleenzaligmakend’!
Dus zo bedachten de dames en heren
politici ook de Wrs, (een politieke ontwikkeling in 20 jaar- en nog steeds geen Wet) met een verplicht (registratie)-vergunningen-systeem…
voor bedrijven èn èlke individuele
sekswerker (nu voor alle sekswerkers!), als oplossing om illegaal en crimineel aanbod
tegen te gaan. Dat wordt dan ook verkocht als ‘Noodzakelijk om mensenhandel
te voorkomen’ en ‘In het belang en veiligheid van de sekswerker‘ – daarom criminaliseer je sekswerk….’.
De registratie
is ook een privacy-probleem voor sekswerkers (dat registreren, dat mocht dus wettelijk
nog niet; er werd vaak tóch onwettig geregistreerd en ondertussen komt al vast
de aanpassing van art, 151a GW). Men passeerde zo ook de Privacywetgeving. Het lijkt mede daarom eerder op het ontmoedigen om op veilige plekken te gaan werken.
Bedacht moet ook worden dat het
juichen van met name de thuiswerkers over de Wrs niet terecht is. Dan krijg je
een vergunning om legaal het beroep uit te mogen oefenen ‘in het hele land’.
Maar daarmee, niet per definitie recht om, zelfs in de eigen woning, het werk uit te
voeren – dat is dan weer afhankelijk of daar sekswerk mag plaatsvinden (dat kan om verschillende redenen uitgesloten zijn in de bestemmingsplannen of via de APV.
De gemeente kan een algemeen verbod kennen maar men werkt er in de Wrs aan dat een
gemeente thuiswerk niet mag verbieden, Maar ook een VVE of woningverhuurder kan
een verbod opnemen. Sommige gemeenten informeren nu al de woning-eigenaar die
daarop actie onderneemt… (uitzetting). Tja, wat denk je; prostitutie toestaan; dat gaat
‘zomaar’ niet?! En een gemeente zou geen gemeente zijn of ze hebben voor elk
probleem wel een oplossing al klaarliggen!
Dat gaat dus niet veranderen als men
het ‘thuiswerk’ ook onder een algemene vergunningplicht gaat brengen. Blijft
dat de vergunningplicht voor sekswerkers zich in eerste instantie ook in
hoofdzaak richt op sekswerkers in de bedrijven.
En vooral legale bedrijven – die dus
een vergunning hebben en door de Bibob gehaald werden èn gecontroleerd worden –
zijn als eerste aan de beurt. Die hebben ook nog een paar extra problemen.
De eerste is dat zij voor de controle
op de vergunning van de sekswerker een soort poortwachter worden.
Zeker direct na invoering kan men in
een bedrijf alleen werken met een persoonlijke, gemeentelijke vergunning.
Andere sekswerkers kunnen rustig wachten tot de bom een keer valt en dan
straffeloos ‘stoppen’ of alsnog inschrijven, ook klanten zijn gevrijwaard –
tenzij misbruik er toch al duimendik bovenop ligt.
Het is aan de bedrijvenkant een oplossing
voor een niet bestaand probleem. Het verhoogt alleen wéér de administratieve
druk op werkenden en bedrijven. Het is een extra barrière om legaal te kunnen/willen
werken in een bedrijf.
Een gedegen en controleerbaar
vergunningensysteem voor exploitatie van
bedrijven is echter niet direct het probleem (dat vergunningensysteem bestaat
immers al zo’n 20 jaar!); dat ligt veel meer in de plaatselijke toegevoegde
extra of bijzondere voorwaarden, beleid en uitvoeringsregels, toepassing, uitvoering
en controle.
Bijkomende problemen
Bijkomende problemen zijn mede te
danken aan de negatieve behandeling van sekswerk door Bestuurders, Politiek,
plaatselijk beleid en tijdens plaatselijke controles. Vergeet niet het gemis
aan adequate controle op illegaal aanbod. Maar men weet wel héél zeker hoe het
precies zit: dat terwijl onderzoekers in hun rapportages harde antwoorden
schuldig moeten blijven.
En de pers die zich nogal laat sturen
door aangeleverde wenselijke teksten over ‘misstanden’; ongeacht of deze ter
plaatse bestaan – het zet dan wel een negatieve toon.
Het laat
onverlet dat, zoals in elke branche, zaken aan de orde zijn die ingrijpen
noodzakelijk maken – het gaat ons dus ook niet om maximaal problemen te downplayen
– zelfs in tegendeel. Maar bij gebrek aan de ‘juiste gegevens’ ze dan maar
construeren, is absoluut onacceptabel.
Maar soms ook de insteek van de
hulpverlening en uitstap-regelingen: Het beleid van ‘ziek, zwak, misselijk
en zich onvoldoende bewust van het negatieve beroep – beleid’.
En ook politie-controles zijn niet
geheel vrij van vooroordelen bij de betrokken. Nu steeds meer diensten gegevens
gaan uitwisselen kan een vooroordeel zomaar ineens als een feitelijke
waarneming in de boeken komen. Natuurlijk ook niet overal; maar toch… Dat heeft ook zijn
weerslag om als bedrijf normaal te functioneren.
Banken, verzekeraars
Ook bijvoorbeeld de banken geven niet
thuis, Creditcardmaatschappijen en – verwerkers beëindigen de relatie waar
mogelijk, betaal-apparatuur wordt vaak niet geleverd (Want ieder weet toch
dat er in die branche… (vul maar
in!)… Bovendien, we móeten zo streng
selecteren van de DNB vanwege mogelijk zwart geld, fraude en terrorisme!
Dat houdt men vol, ook al is er niet
eens een begin van bewijs noch van een redelijk aanwijzing van misbruik… Weren
van sekswerk(-ers) is een doel op zich
geworden.
Gesprekken over
uw bankrekening beginnen vrijwel zonder uitzondering met een ingehouden zweem
van minachting, niet zelden met de directe mededeling dat u maar elders een
rekening moet openen want Wij beëindigen, binnen een maand (of twee of
drie..) de relatie.
Alleen als je tegengas geeft kan er een gesprek ontstaan. Wil je een nieuwe rekening openen dan vindt men dat u beter bij een andere bank terecht kunt…
Ondanks de recente uitspraak van de
Staatssecretaris dat hij dat wil aanpakken! Althans voor sekswerkers… Over de
exploitanten hebben we hem niet gehoord…
Dat banken controleren op voorschriften
en geldstromen is het probleem niet; maar wat te denken van een bijvoorbeeld de
verplichting dat je hooguit 25% contant mag storten; de rest moet maar met een
card… die je dus soms helemaal niet krijgt of verwerkt krijgt… O ja, en dan
betaalt u voor de rekening courant zonder voorzieningen 150 euro per maand, omdat
wij er zoveel controlewerk aan hebben… (normaal is dat € 7,50 p/m)
Vaak ook geen
enkel begrip voor een klant die vanuit privacy-overwegingen alleen contant wil
betalen. Die ondernemer moet je dus zo ongeveer halverwege de maand zeggen dat hij maar
per bank moet betalen… of vertrekken?
Geen wonder dat hij liever bij een sekswerker thuis komt.
Het lijkt er nu ook op dat de bank-situatie
voor de bedrijven kennelijk buiten de discussie gehouden wordt. Dat is dus niet
verstandig. Bedrijven waren 2 jaar geleden begonnen om de sekswerkers te
motiveren om via de bank hun geld te ontvangen; die beweging is dus op zijn
retour. Wat nu contant binnenkomt kan er dan ook weer contant uit. Leve de
pogingen van de bedrijven om het betaalsysteem controleerbaar en transparanter
te maken.
Het personeelsrisico (op de loonlijst)
is doorgaans niet te verzekeren. Wij doen geen zaken met seksgerichte
bedrijven. Alleen ‘brandrisico’ van het onroerend goed kun je meestal nog
bij enkele verzekeraars onderbrengen maar dan wel tegen extra hoge premies en/of
een beurs-polis. Dat zijn ook geen polissen die een uitgebreide dekking hebben;
wel veel verzekeraars, die maar voor enkele procenten daarin deelnemen…
Advertenties in de dagbladen zijn ook niet
meer mogelijk, alleen zo hier en daar nog in een advertentieblaadje… Reden: ‘Anders
lopen andere adverteerders weg’ ’ tot ‘Daarover gaan we niet in discussie
– het is een directiebeslissing, punt uit’
Het is maar een detail; het was geen noodzaak
meer om in kranten te adverteren: maar dit ‘afserveren’ is wel mede
beeldbepalend.
Nergens wordt de negatieve benadering onderbouwd
of een verondersteld risico aangetoond – niet bij de overheden en politiek nog
in het ‘overig bedrijfsleven’. Nee, dat kan ‘Omdat iedereen dat toch wel begrijpt:
het gaat om prostitutie!’ Vooroordelen, aannames en onkunde vieren hoogtij
en het klopt alleen maar als je sekswerk uit het beeld wil hebben.
Zijn de doelen ,die de diverse overheden stelden, wel serieus bedoeld om
veilig werk te bevorderen? Dan moet men maar snel wat anders gaan verzinnen! O
ja, en overdrijven van de cijfers over de (net als in elke andere branche ook
voorkomende) misstanden is het meer dienstbaar aan krom beleid dan aan het bestrijden
daarvan en het verbeteren en ondersteunen van de situatie van de legale werkenden.
Volgens ons
zal het tegengesteld aan die (overigens vast goede!) bedoelingen gaan werken. Sekswerk
gaat niet weg maar meer ondergronds en het marktpotentieel blijft onveranderd –
alleen de wijze van aanbod gaat
veranderen. Dáár gaat het méér veiligheidsrisico’s opleveren.
Maar eerst nog feest in de Tweede Kamer?
Eindelijk jagen we er die wet
doorheen? Het heeft nu toch wel lang genoeg geduurd! Maar het komt allemaal
weer ter tafel als de Tweede Kamer begint met de Wrs-behandeling. Dan zijn we
gewoon weer terug bij les1!
En dan hoorden we weer landelijke en
plaatselijke politici zeggen: Het is een eigen keus is om in de
seksindustrie te werken; je kunt ook iets anders gaan doen. En – Werken
hóeft niet illegaal.
De dooddoener: Als de klant ze kan
vinden kan de politie dat ook! Of ‘Nou, als er minder sekswerkers naar
Nederland komen, hebben die andere sekswerkers tegen toch méér klanten’. En
nieuw: Ja maar een vergunning moet – dàn zijn ze dus vrij van een pooier, zijn zelfredzaam en ook
bereikbaar voor de hulpverlening; de uittreedregelingen; de medische zorg en krijgen ze ook de kans om
bij calamiteiten de politie direct in te schakelen. Of: Die vrouwen kunnen helemaal niet voor
zichzelf beslissen; dat moet de politiek dus doen! Het kan nóóóóit een
vrijwillige keuze zijn; dat kan ik me niet voorstellen dat men zonder dwang dàt
werk wil doen. En: Het is toch voor alle vrouwen een beschamend vak?! Enz. enz.
En niet alleen de landelijke politiek;
ook de gemeentepolitiek is er mee doordrongen en die moeten op basis van die
nieuwe wetgeving beleid gaan maken… Alvast maken… zo liet de
Staatssecretaris weten!
Zo zijn er al volop partij-en in het
land de boel aan het masseren, in de richting van door hen gewenste politieke beleid. Moet die ‘voorbereiding’ in de gemeenten een glijbaan worden voor de voorgenomen wetgeving ‘omdat het dan inmiddels toch onomkeerbaar is’ ?
En denkt U nu dat wij tegen wetten, regels en voorschriften zijn? Dat wij slechts het wetgevingstraject en gemeentelijke regels willen frustreren? We willen u wèl bewegen om de juiste en werkbare beslissingen te nemen. Maar dat gelooft u niet?
Dàt is nou zó jammer…
Sorry, maar dan heb je er echt niets van begrepen!
Tenzij het uw bedoeling is om zo min mogelijk veilige en controleerbare arbeidsplekken over
te houden;
dan doe je het
zelfs perfect!